Inloggen met DigiD
U kunt eenvoudig inloggen in MijnOLVG met DigiD. U kunt de MijnOLVG-app downloaden in de App Store of Google Play Store.
Het hart heeft 4 hartkleppen: de aortaklep, de mitralisklep, de tricuspidalisklep en de pulmonalisklep. De aortaklep zit tussen het hart en de aorta. Een andere naam voor de aorta is de grote lichaamsslagader. Uw aortaklep werkt niet meer goed. Uw aortaklep gaat niet meer goed dicht of open. Uw hart moet daarom harder werken om al het bloed door uw lichaam te pompen.
Links: gezonde aortaklep, rechts: aortaklep die niet goed meer werkt
Gebruikt u bloedverdunners? Bespreek dit dan met uw casemanager. U moet voor de operatie stoppen met uw bloedverdunners. Stop nooit zomaar met het innemen van uw bloedverdunners.
De arts maakt een sneetje van 5 tot 8 cm aan de rechterkant naast uw borstbeen tussen de ribben door. Deze manier heet de AVR-ART.
De voordelen van minimaal invasieve operatie in plaats van een openhartoperatie zijn:
Soms kan de arts tijdens de minimaal invasieve operatie toch niet goed bij uw hart.
Dan moet de arts een grotere snee maken in de borstkas.
U krijgt dan toch een openhartoperatie.
Na de operatie gaat u naar de Intensive Care. Meestal blijft u daar 1 nacht.
Op de Intensive Care houden de verpleegkundigen en de artsen uw hartritme en bloeddruk goed in de gaten.
U gaat naar een verpleegafdeling als u goed wakker bent, u geen beademing nodig heeft en uw situatie stabiel is.
Als de arts uw hartklep niet kan repareren, krijgt een nieuwe aortaklep.
Deze nieuwe aortaklep heet ook wel een klepprothese.
Er zijn 2 verschillende soorten klepprotheses:
Samen met de arts bespreekt u welke klepprothese het beste bij u past.
De keuze van de klepprothese hangt af van uw leeftijd, de medicijnen die u gebruikt, andere ziekten die u mogelijk heeft en uw persoonlijke voorkeur.
Een biologische klepprothese is gemaakt van dierlijk materiaal. Dat betekent dat de klepprothese uit een koe of varken komt.
Bij een biologische klepprothese hoeft u geen bloedverdunners te slikken.
Een hartoperatie is een grote, risicovolle operatie.
Tijdens een gesprek met de arts op de polikliniek krijgt u meer uitleg over de operatie en de complicaties die u kunt krijgen.
Na een hartoperatie kunt u de volgende complicaties krijgen:
Rookt u? Voor uw herstel is het beter om te stoppen met roken rond de operatie. Als u niet rookt heeft u minder kans op complicaties zoals een ontsteking. Stop als het kan 4 weken voor uw operatie met roken. Rook niet tot minstens 4 weken na de operatie. Kijk voor meer informatie op de webpagina: Roken en een operatie. |
Opleiden zorgverleners in OLVGOLVG biedt kansen aan de zorgverleners van de toekomst. Nieuwe zorgverleners zijn hard nodig. Uitstel van uw operatie of behandelingHeel soms gebeurt het dat uw operatie of uw behandeling niet kan doorgaan. |
U kunt een paar dingen doen voor een goed herstel na uw hartoperatie:
Een hartoperatie is een zware operatie. Na een hartoperatie is het belangrijk dat u rustig aan doet.
Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de polikliniek via MijnOLVG of per e-mail. Op werkdagen kunt u ook bellen.
Verpleegafdeling Cardiothoracale Chirurgie, locatie Oost, C4
020 599 24 04 (dag en nacht bereikbaar)
Planning Cardiothoracale Chirurgie
020 599 36 69 (op werkdagen van 08.30 tot 16.00 uur)
ctcplanner@olvg.nl
Casemanager Cardiothoracale Chirurgie (CTC), locatie Oost
020 599 33 80 (op werkdagen tussen 08.00 tot 16.00 uur)
Jos Huijgen of Annet Mijnen