Inloggen met DigiD
U kunt eenvoudig inloggen in MijnOLVG met DigiD. U kunt de MijnOLVG-app downloaden in de App Store of Google Play Store.
Bij een tennisarm heb je pijn aan de buitenkant van je elleboog. Op die plek zit een knobbel. Daar zitten spieren van je onderarm aan je elleboog vast. Die spieren zorgen ervoor dat je je pols naar achteren buigt. Bekijk ook de video over tennisarm.
De plek doet pijn als je je onderarm of pols beweegt en als je op de plek drukt.
Soms voel je de pijn ook in je onderarm.
Het kan met tennis te maken hebben, maar dat is meestal niet zo.
Meestal komt het omdat je je onderarm veel hebt gebruikt.
Heb je pijn aan de binnenkant van je elleboog? Kijk dan bij golfarm.
Bij een tennisarm heb je pijn aan de buitenkant van je elleboog. De pijn wordt erger als je deze bewegingen maakt:
Bijvoorbeeld als je:
Als je net uit bed komt, voelt je arm vaak stijf.
Als je veel met je arm hebt gedaan, is de pijn erger. Bijvoorbeeld aan het einde van een dag werken.
Als je een tijd rust houdt, wordt de pijn vaak weer minder.
Hoe een tennisarm ontstaat is niet helemaal duidelijk.
Waarschijnlijk heb je te veel gedaan met je onderarm. Meestal komt het door werk. Maar het kan ook door sporten komen.
Bijvoorbeeld:
Je hebt meer kans op een tennisarm als je rookt of diabetes (suikerziekte) hebt.
Een tennisarm kun je vaak al herkennen aan de klachten die je hebt.
Twijfel je of het een tennisarm is? Of maak je je zorgen? Dan kun je een afspraak maken met je huisarts. Die stelt een paar vragen en onderzoekt je arm. Soms onderzoekt je huisarts dan ook je nek. Meestal kan de huisarts daarna zeggen of je een tennisarm hebt.
Onderzoeken zoals een röntgenfoto van je elleboog zijn bijna nooit nodig. Dat hoeft alleen als je huisarts twijfelt of je een tennisarm hebt of toch iets anders.
Een tennisarm gaat meestal vanzelf over. Het kan wel maanden duren.
Er is niets bekend waardoor het sneller over gaat.
Het duurt waarschijnlijk langer tot je klachten weg zijn in deze situaties:
Het is belangrijk om niet te veel te doen met je arm. Maar blijf je arm wel gewoon bewegen. Zo wordt je arm niet stijf.
Blijf bewegenAls je veel pijn hebt, kun je een pijnstiller nemen. Begin altijd met paracetamol. Dit werkt meestal goed en heeft de minste bijwerkingen.
Als dat niet genoeg helpt, kun je een andere pijnstiller proberen. Bijvoorbeeld ibuprofen of diclofenac (een NSAID). Er is ook ibuprofen of diclofenac als gel. Deze kun je op de pijnlijke plek op je elleboog smeren. Dit werkt net zo goed als pillen, maar geeft minder kans op erge bijwerkingen.
Als je minder pijn hebt kun je beter bewegen. Je hoeft niet bang te zijn om pijnstillers te gebruiken. De tennisarm wordt er niet erger door.
Lees eerst hoe je deze medicijnen gebruikt en waar je op moet letten.
Er zijn wel behandelingen voor een tennisarm, maar het is onzeker of ze helpen. Ze kunnen ook nadelen hebben.
TapeTape op je elleboog helpt misschien een beetje om minder pijn te hebben. Maar een tennisarm geneest er niet sneller door. De huisarts of een fysiotherapeut kan tape plakken.
Oefentherapie of fysiotherapieHet is niet zeker of fysiotherapie of oefentherapie de pijn bij een tennisarm minder kan maken. Of de tennisarm sneller beter kan maken. Er is namelijk geen goed onderzoek naar gedaan.
Je kunt met de huisarts bespreken of oefentherapie of fysiotherapie je kan helpen. Bijvoorbeeld in deze situaties:
Een fysiotherapeut of oefentherapeut kan je oefeningen geven. En advies geven over hoe je je armen het beste kunt gebruiken.
Prik in de elleboogEen prik op de plek van de pijn kan de pijn minder maken. Je kunt met de huisarts bespreken of je een prik wilt als deze 2 dingen voor jou kloppen:
Een prik heeft ook nadelen:
Denk je na over een prik? Bespreek de voordelen en de nadelen met je huisarts.
Deze behandelingen kun je beter niet doenEr is geen goed onderzoek gedaan om te weten of deze behandelingen helpen. Waarschijnlijk helpen ze niet of nauwelijks.
De behandelingen hebben soms wel nadelen. Bijvoorbeeld extra pijn en een stijve elleboog.
Een tennisarm gaat bijna altijd vanzelf over. Bij de een gaat dat sneller dan bij de ander. Bij 8 van de 10 mensen is het binnen een half jaar over. Bij sommige mensen duurt het wel een jaar of langer.
De kans is groter dat het langer duurt in deze situaties:
Soms stuurt de huisarts je naar de arts die klachten bij sporten en bewegen behandelt (sportarts). Bijvoorbeeld als je heel veel sport en hierdoor veel klachten blijft houden van de tennisarm.
Operatie bijna nooit nodigEen operatie van een tennisarm is bijna nooit nodig.
Als de huisarts twijfelt wat het isTwijfelt de huisarts of je wel een tennisarm hebt? Dan stuurt die je soms naar het ziekenhuis. Een arts kijkt dan of je een tennisarm hebt of toch iets anders. Dit is een arts die botten, spieren en pezen behandelt (een orthopedisch chirurg).
Omgaan met pijn die langer blijftHou je na 1 jaar toch nog klachten? Kijk dan ook bij de adviezen voor omgaan met pijn die langer blijft.
Maak een afspraak bij de huisarts in deze situaties:
Maak ook een afspraak als je 1 of meer van deze klachten hebt:
Deze klachten komen meestal niet door een tennisarm.
We hebben deze tekst gemaakt met de richtlijn voor huisartsen over golfarm en tennisarm.
Meestal gaat een tennisarm vanzelf weer over. Bij 9 van de 10 mensen is dat binnen 1 jaar.
Als dat niet zo is, kunt u in overleg met uw zorgverlener een peesperforatie krijgen.
De peesperforatie duurt ongeveer 1 minuut.
Door de plaatselijke verdoving voelt u er weinig van.
Bij 7 van de 10 mensen zorgt een peesperforatie ervoor dat de tennisarm geneest.
Uw tennisarm kan een paar dagen stijf voelen.
Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de polikliniek via MijnOLVG of per e-mail. Op werkdagen kunt u ook bellen.
Polikliniek Orthopedie, locatie Oost, P3
020 510 88 84 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)
mailorthopedie@olvg.nl
Polikliniek Orthopedie, locatie West, route 5
020 510 88 84 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)
mailorthopedie@olvg.nl
Een deel van de informatie op deze pagina komt van Thuisarts.nl. Thuisarts.nl wordt gemaakt door het Nederlands Huisartsen Genootschap. De Federatie Medisch Specialisten, Patiëntenfederatie Nederland en Akwa GGZ werken mee aan Thuisarts.nl.