Inloggen met DigiD
U kunt eenvoudig inloggen in MijnOLVG met DigiD. U kunt de MijnOLVG-app downloaden in de App Store of Google Play Store.
Uw arts heeft via een ander onderzoek gezien dat u een afwijking heeft.
Uw arts onderzoekt de oorzaak van deze afwijking met een CT-geleide punctie of een CT-geleide drainage.
Een CT-scan maakt een soort 3D-foto van een lichaamsdeel. 3D betekent dat er op de foto diepte is te zien. Een CT-scan gebeurt met röntgenstralen. De hoeveelheid straling is klein en niet gevaarlijk. De arts die de CT-scan bekijkt, heet een radioloog. Een radioloog is een specialist in onderzoeken zoals een CT-scan.
Soms krijgt u tijdens de CT-scan jodiumhoudend contrastmiddel via een infuus in een bloedvat. Met contrastmiddel zijn de bloedvaten beter te zien.
Heeft u bij een eerder onderzoek een allergische reactie gehad na jodiumhoudend contrastmiddel? Meld dit dan voor het onderzoek aan uw arts.
Via een CT-scan kan de radioloog precies zien waar de afwijking zit.
Na de CT-scan zet de radioloog op de plek van de afwijking een kruisje op uw lichaam.
Daarna krijgt u op deze plek een punctie of een drainage.
Punctie betekent prik.
Bij een punctie prikt de radioloog met een naald in de afwijking.
Via de naald haalt de radioloog cellen of wat weefsel uit uw lichaam.
Uw arts laat de cellen of het weefsel onderzoeken in het laboratorium.
Voordat u een punctie krijgt, geeft de radioloog u verdoving op de plek waar u geprikt wordt.
Uw arts heeft gezien dat u te veel vocht heeft op een plek in uw lichaam.
Via een drainage verwijdert de radioloog dit vocht.
Drainage betekent: verwijderen van te veel vocht.
Via een naald plaatst de radioloog een slangetje in uw lichaam op de plek waar te veel vocht zit.
Dit slangetje heet een drain.
Via de drain stroomt het vocht uw lichaam uit.
Soms laat uw arts het vocht onderzoeken in het laboratorium.
Voordat u een drainage krijgt, geeft de radioloog u verdoving op de plek waar de drain geplaatst wordt.
Bent u zwanger of mogelijk zwanger?Neem dan voor het onderzoek contact op met uw arts. Bij onderzoek van sommige lichaamsdelen doen we liever geen onderzoek met straling. Geeft u borstvoeding?Contrastvloeistof heeft geen invloed op de moedermelk. Na het onderzoek kunt u uw baby gewoon borstvoeding geven. |
De zorgverlener die de CT-scan maakt is een laborant.
Na het onderzoek mag u weer eten en drinken.
Soms blijft u na een punctie nog een paar uur in het ziekenhuis ter controle.
Dit hangt af van de plek van de punctie:
Als u na een punctie naar huis mag, kunt u zelf autorijden, fietsen of reizen met het openbaar vervoer.
Bij elke ingreep is er kans op complicaties:
De cellen of het weefsel worden onderzocht in het laboratorium.
De uitslag is na 1 of 2 weken bekend.
De arts die het onderzoek heeft aangevraagd, bespreekt met u de uitslag.
Na 3 weken kunt u de uitslag zelf bekijken via MijnOLVG.
1 dag na het onderzoek mag u weer douchen.
Als u na het onderzoek pijn heeft, mag u paracetamol gebruiken.
Gebruik maximaal 4 keer per dag 2 tabletten paracetamol van 500 mg. Doe dit maximaal 7 dagen.
Na een onderzoek of behandeling kunnen klachten ontstaan.
Bel als u 1 of meer van deze klachten heeft:
Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de polikliniek via MijnOLVG of per e-mail. Op werkdagen kunt u ook bellen.
Afdeling Radiologie, locatie Oost, C1
020 599 33 25 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)
radiologieoosterpark@olvg.nl
Afdeling Radiologie, locatie West, route 15
020 510 88 98 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)
radiologie.afdeling@olvg.nl
Als de afdeling niet bereikbaar is, belt u met klachten die echt niet kunnen wachten naar de Spoedeisende Hulp via het algemene telefoonnummer van OLVG.
OLVG, locatie Oost
020 599 91 11
OLVG, locatie West
020 510 89 11