Inloggen met DigiD
U kunt eenvoudig inloggen in MijnOLVG met DigiD. U kunt de MijnOLVG-app downloaden in de App Store of Google Play Store.
Bij elke operatie worden maatregelen genomen om een infectie te voorkomen. U wast zichzelf bijvoorbeeld voor de operatie met speciale zeep en u gebruikt neusgel.
Een wond van de operatie of de prothese kan toch gaan ontsteken. Als een bacterie of schimmel de infectie veroorzaakt, heet het een prothese-infectie.
De klachten kunnen zijn: ziek zijn, hoge koorts en toename van pijn of afwijkingen aan de wond.
Er zijn 2 soorten infecties: u kunt een acute infectie of een late infectie hebben.
Een acute of vroege infectie ontstaat meestal binnen 1 maand na een operatie. Kenmerken van een acute infectie zijn:
Een late infectie kan jaren na een operatie ontstaan. Er zijn 2 soorten late infecties van de prothese:
Om te kijken of u een prothese-infectie heeft, is soms extra onderzoek nodig. Bijvoorbeeld bloedonderzoek, röntgenfoto, botscintigrafie of een punctie.
Er bestaan verschillende behandelingen van de infectie van de prothese:
Uw behandeling is afhankelijk de soort infectie, de soort bacterie en uw persoonlijke situatie. De arts bespreekt met een team specialisten welke behandeling voor u het beste is.
Als u een acute infectie of een acute hematogene infectie heeft, is een operatie op korte termijn nodig. Wanneer u er ziek van bent, moet dit meteen. De arts probeert tijdens de operatie de prothese te behouden.
U krijgt nog een aantal weken antibiotica. Dit is afhankelijk van uw infectie en duurt meestal 12 weken. We controleren regelmatig of de antibiotica helpt. Meestal is de infectie weg na de operatie.
Na de operatie mag u het gewricht meteen weer belasten en kunt u weer starten met oefenen met de fysiotherapeut.
Als de klachten langer bestaan, wordt de infectie een chronische prothese-infectie. Schoonspoelen helpt dan niet meer. Meestal is het nodig om de prothese te verwijderen. Dit heet een revisie-operatie. Er zijn 2 soorten revisies:
1a: eerste operatie: verwijderen prothese
De arts verwijdert de prothese en maakt we de wond goed schoon.
De arts plaatst een tijdelijke prothese. Dit heet een spacer. U krijgt een hoge dosis antibiotica op de plek waar de prothese vastzit.
Met deze tijdelijke prothese moet u voorzichtig zijn. U mag het gewricht niet of maar een beetje belasten. U krijgt hulp van de fysiotherapeut.
1b: tweede operatie: plaatsen nieuwe prothese
Het plaatsen van een nieuwe prothese is meestal mogelijk. Dit gebeurt pas als de infectie helemaal over is. De tweede operatie is meestal 8 tot 12 weken na de eerste operatie:
Bewegen na de operatie is afhankelijk van hoe stevig de nieuwe prothese kan worden vastgezet.
Soms is 1 operatie genoeg voor het verwijderen en opnieuw plaatsen van een prothese. De belangrijkste voorwaarden voor deze operatie zijn;
Heel soms is het niet mogelijk om de prothese terug te plaatsen. Als dat zo is, dan kiezen we ervoor om alleen de prothese te verwijderen en het gewricht vast te zetten. In uitzonderlijke gevallen is een amputatie noodzakelijk.
Door persoonlijke omstandigheden is soms een operatie niet mogelijk. U kunt dan uw hele leven antibiotica krijgen. Met antibiotica kunnen we de infectie onder controle houden. De bacterie gaat niet weg, maar u heeft geen last meer van de bacterie.
U blijft een aantal dagen in het ziekenhuis. Dat hangt af van uw gezondheid.
Via bloedonderzoek controleren we regelmatig of de infectie minder wordt.
De verpleegkundige controleert uw temperatuur, hartslag en bloeddruk.
De verpleegkundig specialist of physician assistant komt dagelijks voor een controle.
Antibiotica heeft soms bijwerkingen:
Sommige mensen zijn overgevoelig voor bepaalde soorten antibiotica. Dan kan iemand een allergische reactie krijgen, zoals huiduitslag of benauwdheid.
Heeft u bijwerkingen? Meld dit dan altijd aan de verpleegkundige, arts of verpleegkundig specialist of physician assistant. Samen met u bekijken we dan hoe we de klachten kunnen verminderen.
U heeft een aantal afspraken op de polikliniek.
Iedere operatie heeft risico’s. Bij deze operatie bestaat een kleine kans op een infectie of trombose.
Neem zo snel mogelijk contact op met de polikliniek Orthopedie als u 1 of meer van deze klachten heeft:
Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de polikliniek via MijnOLVG of per e-mail. Op werkdagen kunt u ook bellen.
Polikliniek Orthopedie, locatie Oost, P3
020 510 88 84 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)
mailorthopedie@olvg.nl
Polikliniek Orthopedie, locatie West, route 5
020 510 88 84 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)
mailorthopedie@olvg.nl
Bel de verpleegafdeling als u vragen heeft die niet tot de volgende werkdag kunnen wachten.
Verpleegafdeling Orthopedie, locatie West, B5
020 510 82 35 (iedere dag van 16.15 tot 08.15 uur)