home

Groeistoornis bij een kind : groeiachterstand

Als een kind niet goed groeit, heet dit een groeistoornis. Een baby heeft een groeistoornis als de baby niet voldoende aankomt in gewicht. Een ouder kind heeft een groeistoornis als het kind weinig of niet in de lengte groeit of weinig aankomt in gewicht. De arts onderzoekt waarom uw kind niet goed groeit.
Thuisarts logo Onderstaande informatie is afkomstig van Thuisarts.nl

Wat gebeurt er tijdens je afspraak bij de kinderarts?

De kinderarts vraagt je eerst deze dingen:

  • Hoe lang zijn de ouders? En soms: hoe lang zijn andere mensen in de familie?
  • In welk land zijn de ouders geboren? En in welk land de opa's en oma's?
  • Wanneer kwamen de ouders in de puberteit? Was dat vroeg, gemiddeld of laat?
  • Hoe oud was de moeder toen ze voor het eerst ongesteld werd?
  • Was er iets bijzonders tijdens de zwangerschap, bevalling of kort na de geboorte van je kind. Bijvoorbeeld dat je kind te vroeg geboren is, of je kind na de bevalling een laag bloedsuiker had of een gele huid en geel oogwit (geelzucht).
  • Wat was de lengte en het gewicht van je kind bij de geboorte?
  • Heeft je kind ongelukken of operaties gehad?
  • Gebruikt je kind medicijnen?
  • Eet je kind goed?
Onderzoek van het lichaam

Na het gesprek onderzoekt de arts je kind. De arts luistert naar het hart en de longen van je kind en voelt aan de buik. Ook meet de arts deze dingen:

  • hoe lang je kind is
  • hoe lang de armen en benen van je kind zijn
  • hoeveel je kind weegt
  • hoe groot het hoofd van je kind is

Je arts vergelijkt deze metingen met de metingen van kinderen van dezelfde leeftijd.

Ook kijkt de arts of die iets bij je kind kan zien wat past bij een ziekte door een foutje in het DNA. Of door een foutje in de chromosomen. DNA zit in chromosomen, in de cellen van ons lichaam. Dit bepaalt hoe je eruitziet en hoe je lichaam werkt.
Je arts kijkt bijvoorbeeld naar het gezicht van je kind en de handen en voeten. En naar de huid, het gebit, de botten en de manier waarop je kind loopt of praat.

Welke andere onderzoeken krijgt je kind?

Je kind krijgt ook nog deze onderzoeken:

  • Een röntgenfoto van de hand en pols.
    Je kind krijgt een röntgenfoto van de hand en pols. De arts ziet zo hoe de botten van je kind eruitzien. De arts bekijkt of de botten de juiste vorm hebben en of het past bij de leeftijd van je kind.
  • Bloedonderzoek.
    Er wordt bloed geprikt bij je kind. Dit bloed wordt onderzocht in het laboratorium. Je arts kan zo zien of je kind misschien niet tegen gluten kan (coeliakie) of een ontsteking heeft. Of een ziekte van de hormonen.

Soms wordt ook de poep van je kind onderzocht. Zo kan de arts zien of je kind misschien een darmziekte heeft, zoals de ziekte van Crohn of colitis ulcerosa.

Onderzoek van DNA en chromosomen

Ook kan je kind DNA-onderzoek of onderzoek van de chromosomen krijgen. Met DNA-onderzoek kan je arts zien of je kind misschien een ziekte heeft door een foutje in het DNA. Met chromosoom-onderzoek kan je arts zien of je kind misschien te veel of te weinig chromosomen heeft. Deze onderzoeken worden meestal gedaan met bloedonderzoek.

Waardoor kan je kind klein zijn?

De meeste kleine kinderen zijn gewoon gezond. Ze zijn alleen wat kleiner dan andere kinderen.
Hoe lang je kind wordt, hangt vooral af van hoe lang de ouders zijn. Zijn de ouders klein? Dan is het kind vaak ook klein.

Te klein door een ziekte

Soms is je kind te klein door een ziekte. Bijvoorbeeld door deze ziektes:

  • Te veel hormonen of te weinig hormonen. Je kind kan bijvoorbeeld te weinig groeihormoon hebben.
  • Een darmziekte zoals coeliakie, een ziekte van de nieren of een ziekte van de longen.
  • Je kind wordt geboren met een ziekte waarbij de botten korter zijn dan normaal. Je kind heeft dan een normaal bovenlichaam maar kortere armen en benen.
  • Een ziekte door een foutje in het DNA of in de chromosomen. Bijvoorbeeld het syndroom van Turner bij meisjes. Lees hier meer over het syndroom van Turner.
Te klein door andere oorzaken
  • Je kind eet al lange tijd niet gezond. Hierdoor kan het lichaam minder goed groeien.
  •  
  • Als de moeder tijdens de zwangerschap rookte of alcohol dronk. Je kind kan hierdoor minder goed groeien.
  • Sommige medicijnen die je kind gebruikt. Zoals het medicijn prednison of medicijnen bij ADHD. Hierdoor kan je kind tijdelijk minder goed groeien.

Hoe gaat het verder als je kind klein is?

Soms is er geen duidelijke reden waarom je kind klein is. Je kind is dan gezond maar klein. Je kind kan dan meestal ook geen behandeling krijgen. De kinderarts bespreekt samen met de ouders of er iets nodig is om te zorgen dat je kind beter groeit.

Is je kind klein door een ziekte? Dan kan je kind daar vaak een behandeling voor krijgen.

Extra groeihormoon

Soms heeft je kind extra groeihormoon nodig. Door het groeihormoon groeit je kind beter. Je kunt het groeihormoon zelf inspuiten bij je kind met een prik net onder de huid. Dit doe je 1 keer per dag in de avond. Je kind kan dit ook zelf doen als het oud genoeg is. Je kind krijgt het groeihormoon tot het volwassen is en niet meer groeit.

Je kind kan bijwerkingen krijgen van groeihormoon, maar dit komt heel weinig voor. Je kind kan last krijgen van deze dingen:

  • Als je kind net is begonnen met groeihormoon: hoofdpijn, misselijk zijn en overgeven. De armen of benen van je kind kunnen dikker zijn omdat het lichaam vocht vasthoudt.
  • Als je kind al een tijd groeihormoon krijgt: spierpijn of pijn in de gewrichten. Het bot in de heup van je kind kan verschuiven, waardoor het verkeerd gaat staan. 

Heeft je kind een ziekte door een foutje in het DNA of in de chromosomen? Dan kan je kind soms ook extra groeihormoon krijgen. Je kind wordt dan net wat groter.

Meer informatie over als je kind klein is

  • Meer informatie over de groei van een kind: Groeiwijzer.
  • Meer informatie over een ziekte door een foutje in je DNA en over DNA-onderzoek: Erfocentrum.
  • Meer informatie over groei en groeihormonen: de NVGG, de vereniging van mensen die groeihormoon krijgen.
Thuisarts logo Een deel van de informatie op deze pagina komt van Thuisarts.nl. Thuisarts.nl wordt gemaakt door het Nederlands Huisartsen Genootschap. De Federatie Medisch Specialisten, Patiëntenfederatie Nederland en Akwa GGZ werken mee aan Thuisarts.nl.

Onderzoek en behandeling in OLVG

De kinderarts op de polikliniek Kindergeneeskunde onderzoekt uw kind. De arts bekijkt ook het groeiboekje van uw kind.
Als de oorzaak van de groeiachterstand bekend is, krijgt uw kind vaak een behandeling. Soms krijgt uw kind medicijnen.

Contact

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de polikliniek via MijnOLVG of per e-mail. Op werkdagen kunt u ook bellen.

Polikliniek Kindergeneeskunde, locatie Oost, P4
020 599 30 38 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)
kinderpoli@olvg.nl

Polikliniek Kindergeneeskunde, locatie West, route 32
020 510 88 90 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)
kinderpoli@olvg.nl

De informatie op deze pagina is afkomstig van de afdeling Kindergeneeskunde van OLVG. Laatst gewijzigd:

Een deel van de informatie op deze pagina komt van Thuisarts.nl. Thuisarts.nl wordt gemaakt door het Nederlands Huisartsen Genootschap. De Federatie Medisch Specialisten, Patiëntenfederatie Nederland en Akwa GGZ werken mee aan Thuisarts.nl.