home

Verwijderen van de eerste rib : ribresectie

Als u veel last heeft aan uw schouder, arm of hand, kunt u het thoracic outlet syndroom hebben. De arts kan dan soms uw eerste rib verwijderen via een operatie. Zo is er meer ruimte voor zenuwen en bloedvaten en krijgt u minder klachten.

Over het verwijderen van de eerste rib

In uw borst en uw rug lopen ribben. De bovenste rib is de eerste rib. Net boven de eerste rib zit het sleutelbeen. De ruimte tussen de eerste rib en het sleutelbeen heet de thoracic outlet. Door de thoracic outlet lopen zenuwen en bloedvaten naar de schouder en arm.

Sommige mensen hebben te weinig ruimte in de thoracic outlet. Zenuwen of bloedvaten kunnen dan bekneld raken. Dit heet het thoracic outlet syndroom. U voelt dan pijn of een tintelend gevoel in uw schouder, arm of hand. De afkorting van thoracic outlet syndroom is TOS. Soms helpt het om de eerste rib te verwijderen. De arts bespreekt dit met u.
Er zijn verschillende complicaties die u kunt krijgen na het verwijderen van de eerste rib.

  • Door het verwijderen van de eerste rib kan er een kleine beschadiging aan het buitenste longvlies of ader ontstaan. Heel soms ontstaat hierdoor een klaplong of een bloeding.
  • Bloedvaten of zenuwen kunnen tijdens de operatie beschadigd raken. U kunt dan klachten houden.

Zo bereidt u zich voor

  • U vult een vragenlijst in via patiëntenportaal MijnOLVG als voorbereiding op uw behandeling of onderzoek. Daarna hoort u welke soort verdoving u krijgt.
    Meestal hoort u dit online via MijnOLVG. Heel soms is een telefonische afspraak of een bezoek aan de polikliniek Anesthesiologie nodig. Een medewerker van de afdeling Anesthesiologie neemt dan contact met u op.
    Kijk voor meer informatie op de webpagina: Verdoving bij een onderzoek of operatie.
  • Gebruikt u bloedverdunners of andere medicijnen? Of bent u bent u allergisch voor bepaalde medicijnen of jodium? Geef dit dan aan via MijnOLVG. Doe dit zo snel mogelijk.
    Als u MijnOLVG niet gebruikt, overleg dan met uw arts.
    Stop nooit zomaar met het innemen van uw medicijnen. Bespreek dit altijd met uw arts.
  • Voor uw eigen veiligheid moet u voor uw behandeling of onderzoek nuchter zijn.
    U krijgt hiervoor instructies van een medewerker van de afdeling Anesthesiologie.
    Voor meer informatie kunt u ook alvast kijken op de webpagina Verdoving bij een onderzoek of operatie. 
Rookt u? Voor uw herstel is het beter om te stoppen met roken rond de operatie.
Als u niet rookt heeft u minder kans op complicaties zoals een ontsteking.
Stop als het kan 6 weken voor uw operatie met roken.
Rook niet tot minstens 6 weken na de operatie.
Kijk voor meer informatie op de webpagina: Roken en een operatie.

Zo gaat de operatie

Voor de operatie

  • Voor deze operatie krijgt u een narcose.

De operatie

  • De arts maakt een snede in de oksel of net onder uw sleutelbeen. 
  • De arts verwijdert de eerste rib.
  • Na het verwijderen van de rib, plaatst de arts een drain. Dit is een slangetje vanuit de wond naar buiten.
  • De arts hecht de wond met oplosbare hechtingen.
  • De operatie duurt ongeveer 1,5 uur.

Na de operatie

  • Na de operatie krijgt u medicijnen tegen de pijn.
  • De dag na de operatie maakt een zorgverlener een röntgenfoto van uw longen. 
  • Daarna verwijdert de verpleegkundige uw drain. 
  • De dag na de operatie begint u met oefeningen voor uw schouder en arm. Een fysiotherapeut helpt u hierbij. 

Naar huis

U blijft meestal 1 tot 2 dagen in het ziekenhuis. U bespreekt met uw arts wanneer u weer naar huis kunt. U mag nog niet zelf autorijden, fietsen of reizen met het openbaar vervoer. Vraag of iemand u naar huis brengt.

Adviezen voor thuis

  • U mag gewoon douchen.
  • Na 2 weken mag u weer in bad.
  • U krijgt bloedverdunners voor 6 weken tot 3 maanden na de operatie.
  • Na 2 tot 4 weken kunt u vaak weer werken.
  • Na ongeveer 6 weken heeft u een controle-afspraak.

Wanneer moet u ons bellen?

Elke operatie heeft risico’s. Bij het verwijderen van de eerste rib is er een kleine kans op een bloeding, ontsteking of trombose.
Neem contact op met de afdeling Chirurgie als u 1 of meer van de volgende klachten heeft:

  • U heeft meer dan 38,5 graden koorts.
  • U bent kortademig.
  • De wond is rood en dik. Als u twijfelt bel dan de polikliniek.

Contact

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de polikliniek via MijnOLVG. Op werkdagen kunt u ook bellen. 

Polikliniek Chirurgie, locatie Oost, P3
020 510 88 80 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)
chirurgie@olvg.nl

Polikliniek Chirurgie, locatie West, route 6
020 510 88 80 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)

Als de polikliniek Chirurgie niet bereikbaar is, belt u met klachten die echt niet kunnen wachten naar de Verpleegafdeling Chirurgie.

Verpleegafdeling Chirurgie B5, locatie Oost
020 599 25 03 (bij spoed dag en nacht bereikbaar)

Is de situatie levensbedreigend, bel dan 112.

De informatie op deze pagina is afkomstig van de afdeling Chirurgie van OLVG. Laatst gewijzigd: