home

Tweedelijns medicijnen bij MS : behandeling bij multiple sclerose

Bij MS kunt u soms medicijnen gebruiken. Als u veel aanvallen heeft of als er veel plekjes op de MRI te zien zijn, krijgt u vaak tweedelijns medicijnen. Ook als u eerstelijns medicijnen had maar toch aanvallen kreeg, krijgt u tweedelijns medicijnen. Met medicijnen is de kans op een nieuwe aanval kleiner. De arts bespreekt met u welke medicijnen het beste bij u passen.

Over tweedelijns medicijnen

Om te zorgen dat de kans op een nieuwe aanval kleiner wordt, krijgt u vaak eerstelijns medicijnen bij MS. Als u veel aanvallen heeft of als er veel plekjes op de MRI te zien zijn, begint u soms meteen met andere medicijnen. Dit zijn de tweedelijns medicijnen bij MS. 

Vaccinaties 

Het is goed om te weten dat u niet altijd veilig een vaccinatie kunt krijgen als u begonnen bent met MS medicijnen. Het is dan ook verstandig om voor u begint zo goed mogelijk gevaccineerd te zijn. De vaccinaties van het Rijksvaccinatieprogramma geven genoeg bescherming. 
Als u een reis naar het buitenland wilt maken, heeft u hier soms ook een vaccinatie voor nodig. Het kan zijn dat dit niet kan of mag als u een MS medicijn gebruikt. 
Er zijn levende en dode vaccins. U kunt geen levende vaccins krijgen als u MS medicijnen gebruikt. Dode vaccins kunt u wel krijgen, maar het kan zijn dat ze minder goed werken.

Fingolimod

Werking

Fingolimod zorgt dat een deel van uw witte bloedcellen in de lymfeklieren blijft. De witte bloedcellen bewegen dan niet meer vrij door uw lichaam. Ze kunnen de hersenen en het ruggenmerg dan minder vaak aanvallen. Hierdoor ontstaan er minder snel ontstekingsplekjes door MS. 

Gebruik 

Fingolimod is een capsule. Een capsule is een langwerpig staafje met daarin het medicijn. 
U krijgt een afspraak in het ziekenhuis om daar de eerste capsule te gebruiken. Omdat uw hart langzamer kan gaan kloppen, wordt uw hartslag in de gaten gehouden door een hartmonitor. 
U slikt 1 capsule per dag. U slikt de hele capsule door, met water of melk. 

Bijwerkingen  

Als u Fingolimod gebruikt, zijn de volgende bijwerkingen mogelijk:

  • hoge bloeddruk
  • minder goede werking van de lever
  • iets meer kans op huidkanker, daarom heeft u elk jaar een afspraak bij de dermatoloog
  • minder witte bloedcellen
  • meer kans op een infectie, zoals het koortslipvirus herpes
  • Vocht achter het netvlies in uw oog kan niet weg. Dit heet macula-oedeem.
    U krijgt na 4 maanden een afspraak bij de oogarts om te kijken of er vocht achter uw netvlies blijft zitten.
    Als u suikerziekte of uveïtis heeft, krijgt u elk jaar een afspraak bij de oogarts.

Controles 

  • Voordat u met Fingolimod begint, krijgt u een bloedonderzoek en een hartfilmpje.
  • Sommige vrouwen krijgen het virus HPV. Als u Fingolimod gebruikt en HPV krijgt of hebt, is de kans dat uw lichaam dit virus niet kan opruimen groter.
  • Vrouwen die Fingolimod gebruiken krijgen een uitstrijkje om te zien of ze HPV hebben. Als dit zo is, kan een vaccinatie verstandig zijn.
  • U krijgt een bloedonderzoek na 1, 2, 3, 6, 9, 12 en 15 maanden. Daarna krijgt u elke 6 maanden een bloedonderzoek.
  • Na maand 1, 2, 3, 6, 9, 12 en 15 maanden controleert de arts uw bloeddruk. Daarna  controleert de arts dit elke 6 maanden. Dit kan in het ziekenhuis of bij de huisarts.
  • Elk jaar heeft u een afspraak bij de dermatoloog. De dermatoloog onderzoekt uw huid. 
  • U krijgt een MRI-scan van uw hersenen na 6 maanden. Daarna krijgt u na 1, 2 en 5 jaar een MRI-scan van uw hersenen.

Zwangerschap en borstvoeding 

Als u Fingolimod gebruikt, is het belangrijk dat u niet zwanger wordt. Door het medicijn kan een baby namelijk afwijkingen krijgen. Gebruik daarom een anticonceptiemiddel, zoals een condoom of de pil.
Als u stopt met Fingolimod, gebruik dan minimaal 2 maanden nog een anticonceptiemiddel.
Hierna kunt u proberen om zwanger te worden.
Als u Fingolimod gebruikt, kunt u beter geen borstvoeding geven. 
Bespreek dit wel altijd met uw zorgverlener, want er wordt veel onderzoek gedaan naar MS medicijnen tijdens en na de zwangerschap. Er kan dus iets veranderd zijn.

Natalizumab

Werking 

Natalizumab zorgt dat witte bloedcellen die ontstekingen veroorzaken niet in de hersenen kunnen komen. 
U krijgt Natalizumab elke 4 weken, via een infuus. Na 6 maanden krijgt u Natalizumab elke 6 weken, via een infuus. 

Gebruik 

  • U komt naar de dagbehandeling in OLVG, locatie West.
  • U krijgt het medicijn in het ziekenhuis, via een infuus. 
  • U krijgt eerst elke 4 weken het medicijn. 
  • De eerste 4 keer blijft u nog 1 uur nadat het infuus leeg is om te zien of u last heeft van het infuus.
  • Na 6 maanden krijgt u elke 6 weken het medicijn. Als u eerder geen complicaties waren, mag u na het infuus direct naar huis.  

Bijwerkingen 

Als u Natalizumab gebruikt, zijn de volgende bijwerkingen mogelijk:

  • Klachten door het infuus, zoals hoofdpijn, spierpijn of lichte koorts
  • Kans op infecties.

JC-virus 

Het JC-virus is meestal onschuldig. De helft van alle mensen ter wereld heeft dit virus in het lichaam. 
Natalizumab zorgt dat er geen witte bloedcellen naar de hersenen kunnen gaan. 
Witte bloedcellen ruimen virussen op. Omdat ze door Natalizumab niet naar de hersenen kunnen, is er meer kans dat het JC-virus een ontsteking in de hersenen veroorzaakt. Deze ontsteking heet PML. 
Voor u begint met Natalizumab krijgt u een bloedonderzoek om te zien of u het JC-virus in uw lichaam heeft.
Als u het JC-virus niet in uw lichaam heeft, is de kans dat u PML krijgt heel erg klein. 
Elke 6 maanden controleert een arts of physician assistant of u het JC-virus in uw lichaam heeft. 
Als u het JC-virus wel in uw lichaam heeft, is er een kans van 3 tot 10 procent dat u PML krijgt, als u langer dan 2 jaar het medicijn Natalizumab krijgt. Uw arts bespreekt dan met u of u andere medicijnen moet gebruiken. Als u Natalizumab blijft gebruiken, krijgt u ook elke 3 maanden een MRI-onderzoek van de hersenen, zodat de arts snel kan ontdekken of u PML heeft.

Controles 

  • U krijgt elke 3 maanden een bloedonderzoek. Na 1 jaar krijgt u elke 6 maanden een bloedonderzoek.
  • Elke 6 maanden controleert de arts of u het JC-virus heeft.
  • 6 maanden nadat u begint met de medicijnen krijgt u een MRI-scan van uw hersenen. Daarna krijgt u elk jaar een MRI-scan van uw hersenen.

Zwangerschap en borstvoeding 

U kunt Natalizumab gebruiken als u zwanger bent. In de laatste 4-6 weken van uw zwangerschap is het beter om te stoppen met Natalizumab totdat u bent bevallen. 
U kunt borstvoeding geven als u Natalizumab gebruikt. 
Bespreek dit wel altijd met uw zorgverlener, want er wordt veel onderzoek gedaan naar MS medicijnen tijdens en na de zwangerschap. Er kan dus iets veranderd zijn.

Ocrelizumab

Werking 

Ocrelizumab zorgt dat een bepaald soort witte bloedcellen verdwijnt. Dit zijn B-cellen. De witte bloedcellen kunnen de hersenen en het ruggenmerg dan minder vaak aanvallen. 
U krijgt Ocrelizumab elke 6 maanden, via een infuus.

Gebruik 

  • U komt naar de dagbehandeling in OLVG, locatie West.
  • U krijgt het medicijn in het ziekenhuis, via een infuus. 
  • De eerste keer krijgt u de helft van het medicijn. De verpleegkundige van de dagbehandeling controleert steeds uw gezondheid.
  • Na 2 weken krijgt u de andere helft van het medicijn. 
  • Hierna krijgt u het medicijn elke 6 maanden. Als u een infuus krijgt bent u ongeveer 3 tot 4 uur in het ziekenhuis.

Bijwerkingen 

Als u Ocrelizumab gebruikt, zijn de volgende bijwerkingen mogelijk:

  • Klachten door het infuus.
  • Griepklachten, zoals hoofdpijn, koorts of vermoeidheid.
  • Infecties, zoals herpes of een infectie van de luchtwegen.
  • Zeer zelden zijn er ernstige bijwerkingen, zoals hartklachten, leverziekten, of een kwaadaardige tumor. 

Controles 

  • U krijgt elke 6 maanden een bloedonderzoek, voor u het infuus met het medicijn krijgt.
  • U krijgt een MRI-scan van uw hersenen na 6 maanden. Daarna krijgt u elk jaar een MRI-scan van uw hersenen.

Zwangerschap en borstvoeding  

Als u Ocrelizumab gebruikt, is het belangrijk dat u niet zwanger wordt. Gebruik daarom een anticonceptiemiddel, zoals een condoom of de pil.
6 weken nadat u het infuus heeft gekregen kunt u proberen zwanger te worden.
Laatste inzichten laten zien u zwanger kan worden vanaf 6 weken na het infuus. 
U kunt borstvoeding geven als u Ocrelizumab gebruikt. Maar kolf 4 uur na het infuus en gooi die melk weg. 
Bespreek dit wel altijd met uw zorgverlener, want er wordt veel onderzoek gedaan naar MS medicijnen tijdens en na de zwangerschap. Er kan dus iets veranderd zijn.

Ofatumumab

Werking 

Het medicijn Ofatumumab zorgt dat een bepaald soort witte bloedcellen verdwijnt. Dit zijn B-cellen. De witte bloedcellen kunnen de hersenen en het ruggenmerg dan minder vaak aanvallen.

Gebruik 

U hoeft voor het medicijn niet naar het ziekenhuis. U kunt het medicijn zelf onder de huid inspuiten, met een speciale pen.

  • De eerste keer komt een zorgverlener van de landelijke apotheek Alcura bij u thuis om u de injectie geven. Deze zorgverleners zijn speciaal getraind.
  • U geeft uzelf 3 weken lang 1 keer per week een injectie.
  • In week 4 gebruikt u het medicijn niet.
  • Hierna geeft u uzelf 1 keer per maand een injectie.

Bijwerkingen 

Als u Ofatumumab gebruikt, zijn de volgende bijwerkingen mogelijk:

  • Infectie van de luchtwegen of urinewegen.
  • Last van de huid op de plaats van de injectie.
  • Klachten kort na de injectie, bijvoorbeeld een verstopte neus, duizeligheid, druk op de borst of hartkloppingen.
  • U kunt na de eerste injectie klachten krijgen zoals koorts, hoofdpijn, rillingen of vermoeidheid. Deze klachten kunnen best vervelend zijn, maar gaan vanzelf over. Na de tweede injectie heeft u vaak minder of helemaal geen klachten.

Controles 

  • U krijgt elke 6 maanden een bloedonderzoek.
  • U krijgt een MRI-scan van de hersenen na 6 maanden. Daarna krijgt u elk jaar een MRI-scan van de hersenen. 

Zwangerschap en borstvoeding

Als u Ofatumumab gebruikt, kunt u zwanger proberen te worden. Zodra u zwanger bent, moet u stoppen met Ofatumumab. Het is daarom goed om voor een injectie met Ofatumumab een zwangerschapstest te doen.
U kunt borstvoeding geven als u Ofatumumab gebruikt. Maar kolf 4 uur na het infuus en gooi die melk weg. 
Bespreek dit wel altijd met uw zorgverlener, want er wordt veel onderzoek gedaan naar MS medicijnen tijdens en na de zwangerschap. Er kan dus iets veranderd zijn.

Cladribine

Werking 

Cladribine heeft invloed op uw immuunsysteem. Het zorgt voor minder nieuwe ontstekingen in uw hersenen en ruggenmerg. Veel patiënten hebben door Cladribine minimaal 4 jaar geen nieuwe ontstekingen. Als u wel ontstekingen krijgt, bespreekt uw arts met u of u een ander medicijn moet gaan gebruiken. U komt voor cladribine in aanmerking als u 2 of meer relapses heeft gehad in het afgelopen jaar of als de ziekte actief was ondanks behandeling van een andere medicijn dat geregistreerd is voor de behandeling van MS. 

Gebruik 

De totale kuur is in totaal 4 weken tabletten innemen, verspreid over 2 jaar. 
U krijgt tabletten van 10 of 20 mg.

Kuur 1

U slikt de tabletten in de eerste week van maand 1 en in de eerste week van maand 2. Het jaar daarop gebeurt dit nog een keer.
Uw gewicht bepaalt hoeveel tabletten u moet slikken en hoeveel mg de tabletten zijn.

Kuur 2

Na 1 jaar begint kuur 2. Deze kuur gaat hetzelfde als kuur 1.

Als de 2 kuren klaar zijn, heeft u meestal geen behandeling meer nodig.

Bijwerkingen 

Als u Cladribine gebruikt, zijn de volgende bijwerkingen mogelijk:

  • minder witte bloedlichaampjes
  • infecties, zoals gordelroos of een koortslip door het herpesvirus 
  • een reactie van de huid, zoals vlekken en jeuk
  • dunner haar
  • beschadiging van de lever
  • iets meer kans op een ernstige ziekte of infectie

Controles 

  • U krijgt een bloedonderzoek na 2, 6, 14 en 18 maanden.
  • Voordat de tweede kuur begint, krijt u een uitgebreider bloedonderzoek en een longfoto.
  • U krijgt een MRI-scan van uw hersenen na 11 maanden. Daarna krijgt u elk jaar een MRI-scan van de hersenen.

Zwangerschap en borstvoeding  

Als u Cladribine gebruikt, kunt u 6 maanden nadat u de laatste tabletten heeft genomen, proberen zwanger te worden.
U mag geen borstvoeding geven als u Cladribine gebruikt. 
Bespreek dit wel altijd met uw zorgverlener, want er wordt veel onderzoek gedaan naar MS medicijnen tijdens en na de zwangerschap. Er kan dus iets veranderd zijn.

Siponimod

Werking 

Siponimod zorgt dat een deel van uw witte bloedcellen in de lymfeklieren blijft. De witte bloedcellen bewegen dan niet meer vrij door uw lichaam. Ze kunnen de hersenen en het ruggenmerg dan minder vaak aanvallen. Hierdoor ontstaan er minder snel ontstekingsplekjes door MS.
Siponimod kan ook effect hebben op eventuele secundaire progressie. Uw arts bespreekt dit met u.

Gebruik 

U slikt 1 tablet per dag. In de eerste week worden de tabletten steeds iets zwaarder.

Bijwerkingen 

Als u Siponimod gebruikt, zijn de volgende bijwerkingen mogelijk:

  • hoofdpijn
  • lage hartslag
  • hoge bloeddruk
  • meer kans op een infectie, zoals het koortslipvirus herpes
  • hoger leverwaardes
  • duizeligheid
  • moedervlekken
    Als u Siponimod lang gebruikt, kunt u soms huidkanker krijgen. Blijf zo veel mogelijk uit de zon en gebruik zonnebrand. 
    U krijgt een verwijzing naar de dermatoloog. Een dermatoloog is een arts die uw huid onderzoekt.  
  • macula-oedeem
    Vocht achter het netvlies in uw oog kan niet weg. Dit heet macula-oedeem. 
    Om te kijken of er vocht achter uw netvlies blijft zitten krijgt u een afspraak bij de oogarts.

Controles 

  • Voordat u met Siponimod begint, krijgt u een bloedonderzoek en een hartfilmpje. 
  • Sommige vrouwen krijgen het virus HPV. Als u Siponimod gebruikt en HPV krijgt of hebt, is de kans dat uw lichaam dit virus niet kan opruimen groter. 
    Vrouwen die Siponimod gebruiken krijgen een uitstrijkje om te zien of ze HPV hebben. Als dit zo is, kan een vaccinatie verstandig zijn.
  • U krijgt een bloedonderzoek na 1, 2, 3, 6, 9, 12 en 15 maanden. Daarna krijgt u elke 6 maanden een bloedonderzoek.
  • Na maand 1, 2, 3, 6, 9, 12 en 15 maanden controleert de arts uw bloeddruk. Daarna controleert de arts dit elke 6 maanden. Dit kan in het ziekenhuis of bij de huisarts.
  • Elk jaar heeft u een afspraak bij de dermatoloog. De dermatoloog onderzoekt uw huid. 
  • U krijgt een MRI-scan van uw hersenen na 6 maanden. Daarna krijgt u na 1, 2 en 5 jaar een MRI-scan van uw hersenen.

Zwangerschap en borstvoeding 

Als u Siponimod gebruikt, is het belangrijk dat u niet zwanger wordt. Gebruik daarom een anticonceptiemiddel, zoals een condoom of de pil.
Als u stopt met Siponimod, gebruik dan minimaal 10 dagen nog een anticonceptiemiddel. 
Als u Siponimod gebruikt, kunt u beter geen borstvoeding geven.
Bespreek dit wel altijd met uw zorgverlener, want er wordt veel onderzoek gedaan naar MS medicijnen tijdens en na de zwangerschap. Er kan dus iets veranderd zijn.

Contact

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de polikliniek via MijnOLVG. Op werkdagen kunt u ook bellen.

Polikliniek Neurologie, locatie Oost, P3
020 510 88 83 (op werkdagen van 08.15 tot 16.30 uur)

Polikliniek Neurologie, locatie West, route 12
020 510 88 83 (op werkdagen van 08.15 tot 16.30 uur)

Polikliniek Neurologie, locatie Spuistraat 239
020 510 88 83 (op werkdagen van 08.15 tot 16.30 uur)

De informatie op deze pagina is afkomstig van de afdeling Neurologie van OLVG. Laatst gewijzigd: