home

Sacituzumab Govitecan

Deze informatie gaat over het behandelschema van de doelgerichte therapie en over de bijwerkingen bij deze behandeling. Niet iedereen krijgt last van deze bijwerkingen. Dit is per persoon verschillend. Voor de start van de behandeling heeft u nog een gesprek met de oncologieverpleegkundige. Uw vragen kunt u tijdens dit gesprek stellen.

Informatie over de behandeling

  • De behandeling bestaat uit meerdere kuren. 
  • Elke 3 weken start een nieuwe kuur. 
  • De kuur bestaat uit het toedienen van de doelgerichte therapie Sacituzumab Govitecan op dag 1 en dag 8.
  • Behandeltijd: ongeveer 2 uur. 
  • De eerste toediening gebeurt langzaam, omdat er een kleine kans is op een allergische reactie. De eerste keer verblijft u daarom minimaal 4 uur in OLVG.
  • De doelgerichte therapie krijgt u via een infuus toegediend.
  • Voor elke volgende kuurcyclus wordt u bij de arts of verpleegkundig specialist verwacht op de polikliniek. Tijdens deze afspraak vertelt u hoe het met u gaat en worden uw vragen zo goed als mogelijk beantwoord. Tot slot wordt er een behandelplan gemaakt.
  • Samen met uw arts bepaalt u of u verder gaat met de behandeling. Dit is afhankelijk van uw persoonlijke omstandigheden.

Laat voor uw afspraak uw bloed controleren

  • U moet voor de afspraak op de polikliniek uw bloed laten controleren. Doe dit tussen 1 en 24 uur voor de afspraak. 
  • Maak een afspraak bij de afdeling Bloedafname. U kunt ook op een andere locatie terecht.
  • U moet een laboratoriumformulier laten zien. U vindt dit in MijnOLVG > Menu > Aankomende onderzoeken en verrichtingen.
  • Afhankelijk van de uitslagen beoordeelt de arts of de behandeling door kan gaan.

Behandelschema

Volg het schema hieronder. Een + betekent dat u op die dag het medicijn krijgt toegediend. Een - betekent dat u op die dag het medicijn niet krijgt toegediend.

Dag

Sacituzumab Govitecan, infuus

1 +
2 -
3 -
4 -
5 -
6 -
7 -
8 +
9 -
10 -
11 -
12 -
13 -
14 -
15 +
16 -
17 -
18 -
19 -
20 -
21 -

Middelen tegen misselijkheid, braken, obstipatie en allergische reactie

Dag

Medicijn

Hoe vaak gebruikt u het?

Wanneer?

1 dexamethason 
granisetron 
levocetirizine
paracetamol
1x per dag 12 mg
1x per dag 2 mg
1x per dag 5 mg
1x per dag 1000 mg
Medicatie 1 uur voorafgaand 
aan de behandeling innemen
2 dexamethason 1x per dag 8 mg 's Morgens met ontbijt
3 dexamethason 1x per dag 8 mg 's Morgens met ontbijt
8 dexamethason 
granisetron 
levocetirizine
paracetamol
1x per dag 12 mg
1x per dag 2 mg
1x per dag 5 mg
1x per dag 1000 mg
Medicatie 1 uur voorafgaand 
aan de behandeling innemen
9 dexamethason 1x per dag 8 mg 's Morgens met ontbijt
10 dexamethason 1x per dag 8 mg 's Morgens met ontbijt

Zo nodig

Dag

Medicijn

Hoe vaak gebruikt u het?

Wanneer?

1 tot en met 21 Metoclopramide
Magnesiumhydroxide (kauwtabletten)
Movicolon / macrogol
Zo nodig 3x per dag 10 mg
Zo nodig 2x per dag 724 mg
Zo nodig 2x per dag sachet
Bij misselijkheid
Bij obstipatie/verstopping
Bij obstipatie/verstopping

Neem contact op met het ziekenhuis als u;
•    Metoclopramide slikt en toch nog misselijk blijft.  
•    5 dagen achter elkaar 3x per dag Metoclopramide slikt. 

U krijgt dan een ander medicijn tegen misselijkheid.

Bijwerkingen

Door doelgerichte therapie kunt u bijwerkingen hebben. Dit verschilt per persoon.

Bijwerkingen die vaak voorkomen

Diarree, duizeligheid, grieperig gevoel/spierpijn, haarverandering, hoofdpijn, huiduitslag, misselijkheid en braken, longklachten, verstopping (obstipatie), verminderde eetlust, vermoeidheid, 

Bijwerkingen die regelmatig voorkomen

Smaakverandering, pijnlijke mond en lippen

Bijwerkingen die soms voorkomen

Bloedarmoede, overgevoeligheid/allergische reactie, vermindering bloedplaatjes (trombopenie), vermindering witte bloedlichaampjes (leukopenie)

Meer informatie over bijwerkingen

Wat is het? 

  • Het slijmvlies in de darm kan beschadigd raken. Hierdoor kan diarree ontstaan. 
  • Klachten die hiermee samengaan zijn; buikpijn/buikkrampen, vaak aandrang, meer ontlasting, pijn en irritatie van het gebied rond de anus, bloed bij de ontlasting, minder plassen. 

Wat kunt u zelf doen? 

  • Drink voldoende om het vochtverlies aan te vullen. Drink daarom in ieder geval 2 liter per dag (16 kopjes of 14 bekers). 
  • Gebruik naast water, thee en koffie regelmatig een melkproduct, vruchten- en groentesappen, soep of bouillon om het tekort aan voedingsstoffen en zout aan te vullen. 
  • Voeding is niet de oorzaak van de diarree, daarom is het niet nodig om bepaalde producten te vermijden. Stoppende voedingsmiddelen bestaan niet.
  • Gebruik geen probiotica (bijv. yakult) bij diarree ten gevolge van beschadigd slijmvlies en bij verminderde afweer. 
  • Probeer gewoon te blijven eten en drinken. 
  • Wanneer u bovenstaande klachten heeft is het belangrijk om contact op te nemen met OLVG.

Wat kunnen wij voor u doen? 

  • Bij ernstige klachten volgt behandeling met medicijnen.

Wat is het?

  • Klachten die hiermee samengaan; een licht gevoel in uw hoofd, een draaierig gevoel
    en/of een onvast gevoel in de benen hebben.

Wat kunt u zelf doen?

  • U kunt de klachten verlichten of proberen te voorkomen door rustig op te staan, 
    langzaam van houding te veranderen en niet plotseling te bewegen.
  • Heeft u de neiging flauw te vallen? Dan is het belangrijk om de verpleegkundige op de 
    hoogte te stellen.

Wat kunnen wij voor u doen?

  • Eventueel volgt verder onderzoek.

Wat is het? 

  • Het grieperige gevoel begint enige uren na de toediening en kan 1 tot 2 dagen aanhouden. 
  • Klachten die hiermee samen gaan zijn; spierpijn, botpijn, hoofdpijn en een verminderde eetlust krijgen. 

Wat kunt u zelf doen? 

  • Gebruik ter bestrijding van de hoofdpijn, spierpijn en botpijn 1000 mg paracetamol.
  • De inname van paracetamol mag u, indien nodig, uitbreiden tot maximaal 3 keer per dag 1000 mg.
  • Heeft u na 2 dagen nog steeds klachten? Dan is het belangrijk om contact op te nemen met OLVG.

Wat kunnen wij voor u doen? 

  • Eventueel volgt verder onderzoek.

Wat is het?

  • Door de behandeling kan er verandering van hoofdhaar, maar ook op andere plekken 
    van het lichaam, plaatsvinden.
  • Het haar kan dunner worden, gaan krullen of op bepaalde plekken uitvallen.

Wat kunt u zelf doen?

  • U kunt zelf niets doen om deze klachten te voorkomen
  • Wat u eventueel kan doen is een milde shampoo gebruiken, haar niet verven en niet te 
    vaak föhnen.

Wat is het?

  • Hoofdpijn kan ontstaan door de chemotherapie en door de medicatie om misselijkheid en 
    braken te voorkomen.
  • Klachten die hiermee samengaan zijn; een overgevoeligheid voor prikkels als licht en 
    geluid.

Wat kunt u zelf doen?

  • Vermijd een prikkelende omgeving. Zorg voor een rustige ruimte eventueel verduisterd.
  • Probeer met koude kompressen op het hoofd de pijn te verlichten.
  • Neem 3 keer per dag 1000 mg paracetamol.
  • Houdt de hoofdpijn aan, neem dan contact op met het ziekenhuis.

Wat kunnen wij voor u doen?

  • Bij ernstige klachten volgt behandeling met medicijnen.

 

Wat is het? 

  • Huiduitslag is een verandering van de huid, waarbij roodheid, schilfering, vlekken en bultjes kunnen ontstaan. De rode huid zorgt vaak voor jeuk.

Wat kunt u zelf doen? 

  • Gebruik voor het wassen een zeep met een lage PH.
  • Vermijd felle zon. Gebruik bij zonnig weer een zonnebrandcrème met beschermingsfactor 30 of hoger.
  • Gebruik niet-geparfumeerde bodylotions of crèmes op waterbasis (hydraterend).
  • Zeep droogt de huid uit. In plaats daarvan kunt u beter voor olie kiezen.
  • Wanneer u last heeft van een jeukende huid, kan koelzalf of mentholpoeder verlichting bieden.

Wat kunnen wij voor u doen? 

  • Bij ernstige klachten volgt behandeling met medicijnen.

Wat is het? 

  • Door de behandeling kunt u last krijgen van misselijkheid en/of braken. 
  • De mate waarin deze klachten optreden kan verschillen per kuur.
  • Klachten die hiermee samengaan zijn; kokhalzen, weinig of geen eetlust, maagklachten zoals een vol gevoel of pijn.

Wat kunt u zelf doen? 

  • Neem de medicijnen volgens het schema; middelen tegen misselijkheid, braken en obstipatie.
  • We adviseren u om de Metoclopramide tabletten een half uur voor de maaltijd in te nemen zodat u in staat bent iets te eten.
  • Eet meerdere keren per dag kleine beetjes.
  • Probeer verschillende producten uit.
  • Drink voldoende: 2 liter per dag. Dit zijn ongeveer 16 kopjes of 14 bekers.
  • Gemberthee en coca cola kunnen klachten van misselijkheid verminderen.
  • Als u bovenstaande klachten heeft, is het van belang om contact op te nemen met OLVG.

Wat kunnen wij voor u doen? 

  • Bij ernstige klachten volgt behandeling met andere medicijnen.

Wat is het?

  • Door de behandeling kunnen de longen worden aangetast en kan de longfunctie verminderen.
  • Klachten die hiermee samengaan zijn: benauwdheid, droge niet productieve hoest, druk op de borst, benauwdheid, snelle ademhaling, kortademigheid bij inspanning en later ook in rust, koorts (bijvoorbeeld bij een longontsteking).

Wat kunt u zelf doen?

  • Sommige longklachten (zoals longontsteking, longoedeem of longembolie) zijn ernstig, maar geven dezelfde klachten als minder ernstige longklachten.
  • Neem daarom bij klachten altijd direct contact op met OLVG.

Wat kunnen wij voor u doen? 

  • Bij ernstige klachten wordt de medicatie aangepast.

Wat is het? 

  • Verstopping (obstipatie) kan ontstaan door gebruik van medicatie om misselijkheid te voorkomen en door bepaalde chemotherapie. 
  • Klachten van verstopping zijn; harde en droge ontlasting buikpijn en krampen, opgezette buik en een verminderde eetlust door een vol gevoel. 

Wat kunt u zelf doen? 

  • Neem de medicijnen volgens het schema; middelen tegen misselijkheid, braken en obstipatie.
  • Drink voldoende: 2 liter per dag. Dit zijn ongeveer 16 kopjes of 14 bekers.
  • Wanneer u bovenstaande klachten langer dan 4 dagen heeft is het belangrijk om contact op te nemen met OLVG.

Wat kunnen wij voor u doen? 

  • Bij ernstige klachten volgt behandeling met andere medicijnen.

Wat is het? 

  • Door kanker en de behandeling kan uw eetlust verminderen.
  • Het kost dan moeite om voldoende voedingsstoffen binnen te krijgen. Hierdoor kan ongewenst gewichtsverlies optreden. 

Wat kunt u zelf doen?

  • Eet meerdere keren per dag kleine beetjes.
  • Maak bij voorkeur gebruik van volle producten in plaats van magere of light varianten.
  • Kies voor dranken die eiwit en energie bevatten zoals zuivelproducten.
  • Als u minder trek heeft in eten, gaan vloeibare voedingsmiddelen zoals vla, yoghurt en pap vaak beter.
  • Weeg uzelf elke week en neem contact op met uw arts of verpleegkundig specialist als u meer dan 3 kilo in een maand of meer dan 6 kilo in een half jaar ongewenst bent afgevallen.

Wat kunnen wij voor u doen? 

  • Bij ernstige klachten kunnen wij u doorverwijzen naar de diëtist.

Wat is het? 

  • Vermoeidheid is een veelvoorkomende bijwerking die tot een jaar na de behandeling kan aanhouden.
  • Het herstel na iedere kuur kost het lichaam veel energie.
  • Klachten die hiermee samenhangen zijn; gebrek aan energie, lusteloosheid, minder belangstelling voor de omgeving, slapeloosheid, prikkelbaarheid, stemmingswisselingen.

Wat kunt u zelf doen? 

  • Probeert u zich niet te verzetten tegen de vermoeidheid. U er tegen verzetten kost ook energie.
  • Zorg voor een goede afwisseling van uw activiteiten over de dag en bouw rustpunten in.
  • Stel prioriteiten en bepaal zelf waar u de tijd aan wil besteden.
  • Doe aan lichaamsbeweging, bijvoorbeeld wandelen of fietsen.
  • We raden u aan om na de behandeling deel te nemen aan een fysiek revalidatieprogramma van het Cancer Care Center of stichting Tegenkracht.
  • Het is bewezen dat het herstellen van de conditie een positief effect heeft op het verminderen van de vermoeidheid.

Wat kunnen wij voor u doen? 

  • Bij ernstige klachten kunnen wij u doorverwijzen naar een fysiotherapeut of psycholoog.

Wat is het? 

  • Uw smaak kan veranderen. Eten wat u eerst lekker vond, smaakt nu niet meer. Eten dat u normaal gesproken niet lekker vond, smaakt u nu misschien juist wel.
  • Na de behandeling herstelt de smaak zich weer.

Wat kunt u zelf doen? 

  • Probeer verschillende producten uit.
  • Soms smaakt niets. Probeer dan toch iets te eten. 

Wat kunnen wij voor u doen? 

  • Bij ernstige klachten kunnen wij u doorverwijzen naar de diëtiste.

Wat is het?

  • U kunt last krijgen van irritatie, beschadiging of ontsteking van het mondslijmvlies 
    (mucositis).

Wat kunt u zelf doen?

  • Spoel 4 tot 6 keer per dag uw mond met zout water. Dit beschermt het slijmvlies.
  • Poets uw tanden 2 keer per dag met een zachte tandenborstel en een medicinale 
    tandpasta zoals Parodontax of Sensodyne F.
  • Probeer wondjes en bloedingen te voorkomen. Wees daarom voorzichtig met floss, 
    ragers of tandenstokers.
  • Houdt de pijnlijke mond aan of lukt het u niet om voldoende te eten of te drinken? Neem 
    dan contact op met het ziekenhuis.

Wat kunnen wij voor u doen?

  • Bij ernstige klachten volgt behandeling met medicijnen.

Wat is het? 

  • De aanmaak van nieuwe bloedcellen door het beenmerg kan geremd worden. Hierdoor kan een tekort ontstaan van rode bloedcellen (erytrocyten), dit noemen we bloedarmoede (anemie). 
  • Klachten kunnen zijn; vermoeidheid, kortademigheid, duizeligheid, hoofdpijn, hartkloppingen. 

Wat kunt u zelf doen? 

  • U kunt zelf niets doen om deze klachten te voorkomen.
  • De bloedarmoede is niet het gevolg van ijzertekort. Extra voeding met ijzer zal geen effect hebben. 

Wat kunnen wij voor u doen? 

  • Voor iedere kuur worden uw bloedwaarden bepaald. Zo kunnen we controleren of u voldoende hersteld bent om met de volgende behandeling te starten.
  • Uw arts of verpleegkundig specialist kan besluiten de dosering van de behandeling aan te passen of de behandeling uit te stellen.

Wat is het?

  • De medicatie die u toegediend krijgt kan door het lichaam als een lichaamsvreemde stof 
    (antigeen) gezien worden en daardoor kan een allergische reactie optreden.
  • Een allergische reactie treedt meestal op tijdens de toediening.
  • Het kan samengaan met roodheid, huiduitslag, jeuk over het hele lichaam, beklemmend 
    gevoel op de borst, rillen, opgezet gezicht, kortademigheid, duizeligheid of gevoel van 
    onrust.

Wat kunt u zelf doen?

  • U kunt niets doen om dit te voorkomen.
  • Krijgt u deze klachten tijdens het inlopen van de medicijnen, waarschuw dan de 
    verpleegkundige.
  • Als deze klachten thuis optreden, neem dan contact op met OLVG.

Wat kunnen wij voor u doen?

  • Als er bij u kans op een allergische reactie bestaat, houdt de verpleegkundige u 
    nauwlettend in de gaten tijdens het inlopen van de medicijnen.
  • Bij een allergische reactie wordt de toediening van de medicijnen gestopt. Indien nodig 
    krijgt U medicijnen om de reactie tegen te gaan. Meestal verdwijnen de klachten dan 
    snel. De behandeling kan daarna voortgezet worden in overleg met uw arts. 

Wat is het? 

  • De aanmaak van nieuwe bloedcellen door het beenmerg kan geremd worden. 
  • Hierdoor kan een tekort ontstaan van bloedplaatjes (trombocyten) in uw bloed, dit noemen we trombopenie. 
  • Bloedplaatjes spelen een belangrijke rol bij de bloedstolling. 
  • Een daling van het aantal bloedplaatjes maakt het bloed minder stolbaar. 
  • Klachten die hiermee samengaan zijn; neusbloedingen, blauwe plekken, bloedend tandvlees, bloed in de ontlasting en/of urine, bloed bij braken.

Wat kunt u zelf doen? 

  • U kunt zelf niets doen om deze klachten te voorkomen.
  • Wanneer u bovenstaande klachten heeft is het belangrijk om contact op te nemen met OLVG.

Wat kunnen wij voor u doen? 

  • Voor iedere kuur worden uw bloedwaarden bepaald. Zo kunnen we controleren of u voldoende hersteld bent om met de volgende behandeling te starten. 
  • Uw arts of verpleegkundig specialist kan besluiten de dosering van de behandeling aan te passen of de behandeling uit te stellen.

Wat is het? 

  • De aanmaak van nieuwe bloedcellen door het beenmerg kan geremd worden. 
  • Hierdoor kan een tekort ontstaan aan witte bloedlichaampjes (leukocyten) in uw bloed. Dit noemen we leukopenie. 
  • Witte bloedlichaampjes zorgen voor afweer tegen infecties.
  • Bacteriën of ziekten die voor gezonde mensen weinig gevaar opleveren, kunnen bij u tot heftige reacties leiden met hoge koorts.
  • Ongeveer tussen de 10e en de 15e dag na het starten van de kuur is het aantal leukocyten het laagst. Men noemt dit de dip-periode. In deze periode bent u meer vatbaar voor infecties.
  • Klachten van een infectie zijn; een temperatuur van 38,5°C of hoger soms in combinatie met koude rillingen.

Wat kunt u zelf doen? 

  • U kunt zelf niets doen om deze klachten te voorkomen.
  • Wanneer u bovenstaande klachten heeft is het belangrijk om contact op te nemen met OLVG.

Wat kunnen wij voor u doen? 

  • Voor iedere kuur worden uw bloedwaarden bepaald. Zo kunnen we controleren of u voldoende hersteld bent om met de volgende behandeling te starten. 
  • Uw arts of verpleegkundig specialist kan besluiten de dosering van de behandeling aan te passen of de behandeling uit te stellen.

Behandelingen

Lees de behandelwijzer chemotherapie en immunotherapie goed door.

Contact

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de polikliniek via MijnOLVG. Op werkdagen kunt u ook bellen.

Polikliniek Medische Oncologie en Hematologie, locatie Oost, P2
020 510 88 78 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)

Polikliniek Medische Oncologie en Hematologie, locatie West, route 14
020 510 88 78 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)

De informatie op deze pagina is afkomstig van de afdeling Medische Oncologie van OLVG. Laatst gewijzigd: