Diagnostische hysteroscopie : kijkonderzoek in de baarmoeder

Bij een diagnostische hysteroscopie kijkt de arts via een hysteroscoop in uw vagina naar de binnenkant van uw baarmoeder. Een hysteroscoop is een lange buis met een camera. De arts ziet dan de binnenkant van uw baarmoeder op een scherm. 
Als het nodig is, kan de arts tijdens de hysteroscopie kleine ingrepen doen. Bijvoorbeeld het verwijderen van een spiraal.
Soms is een grotere behandeling nodig. Bijvoorbeeld bij een vleesboom. 
Meestal krijgt u bij een diagnostische hysteroscopie geen verdoving of plaatselijke verdoving. Het is ook mogelijk of een ruggenprik of roesje te krijgen. U blijft dan de hele dag in het ziekenhuis. 

Redenen voor een diagnostische hysteroscopie

Er zijn verschillende redenen voor een diagnostische hysteroscopie:

• U heeft last van abnormaal bloedverlies. Bijvoorbeeld als u bloed verliest als u niet ongesteld bent of als u heel veel bloed verliest als u ongesteld bent.
• U heeft pijn of krampen in uw buik die niet overgaan.
• U wordt niet meer ongesteld, maar na een jaar wordt u opeens toch ongesteld.
• U wordt niet ongesteld na het weg laten halen van een miskraam.
• U wordt niet zwanger terwijl u wel zwanger probeert te worden.
• U heeft meerdere miskramen of vroeggeboortes gehad.
• U heeft al 1 of meer onderzoeken van de binnenkant van uw baarmoeder gehad en uw arts wil graag meer onderzoek doen. 

Kleine ingrepen tijdens een hysteroscopie

Tijdens een hysteroscopie kan de arts de volgende ingrepen doen:

• Poliep weghalen. Een poliep is een klein bultje op het baarmoederslijmvlies. 
• Vleesboom weghalen. Een vleesboom is extra groei van de spierwand van de baarmoeder. Een vleesboom heet ook wel een myoom. 
• Verklevingen doorknippen. Een verkleving betekent dat een deel van de baarmoeder dicht is geplakt. Als de verkleving te groot is, is soms een grotere behandeling nodig.
• Spiraaltje weghalen, als het touwtje niet meer te vinden is. Als het spiraaltje vastzit aan de binnenkant van de baarmoeder, is soms een grotere behandeling nodig.
• Onderzoek van het slijmvlies van de baarmoeder. 

Een diagnostische hysteroscopie kan worden gemaakt nadat de menstruatie is gestopt, en het liefst voordat er een eisprong is geweest.
Als u anticonceptie gebruikt of als u gesteriliseerd bent, kan het onderzoek gewoon plaatsvinden.
Bent u zwanger of mogelijk zwanger? Dan stellen wij het onderzoek liever uit. 
Gebruik na uw laatste menstruatie tot de hysteroscopie condooms.

Behandeling met verdoving

Voor uw eigen veiligheid moet u voor uw onderzoek soms nuchter zijn. U krijgt hiervoor instructies van een medewerker van de afdeling Anesthesiologie. Meer informatie leest u op de webpagina: Verdoving bij een onderzoek of operatie.

Als u zich goed voelt, mag u na uw behandeling of onderzoek meteen naar huis. Zelf autorijden, fietsen of reizen met het openbaar vervoer raden wij af. Vraag of iemand u naar huis brengt. 
Als u een ruggenprik of een roesje heeft gehad, blijft u een paar uur in het ziekenhuis. 

Bloedverlies

Na het onderzoek heeft u vaak enkele dagen bloedverlies of bruine afscheiding. Ook kan uw onderbuik vaak de eerste dagen nog gevoelig zijn. Wacht met seks tot u geen bloed meer verliest. 

Activiteiten

Doe het de dag van het onderzoek rustig aan. Probeer niet zwaar te tillen of te sporten. De dag na het onderzoek kunt u alles weer doen.
Als u een ruggenprik of een roesje heeft gehad, raden wij aan om een paar dagen rustig aan te doen. Bijvoorbeeld door vrij te nemen van uw werk. 

Na een aantal weken krijgt u de uitslag. Dit kan zijn via een bericht in MijnOLVG, via een telefonische afspraak of via een afspraak op de polikliniek. 

Elke ingreep heeft risico’s. Bij een diagnostische hysteroscopie bestaat een kleine kans op bloedverlies of een ontsteking.
Bel meteen de polikliniek Gynaecologie als u 1 of meer van deze klachten heeft:

• meer dan 38,5 graden koorts
• meer bloedverlies dan u gewend bent als u ongesteld bent
• duizeligheid
• hartkloppingen
• niet lekker voelen
• buikpijn die erger wordt