Inloggen met DigiD
U kunt eenvoudig inloggen in MijnOLVG met DigiD. U kunt de MijnOLVG-app downloaden in de App Store of Google Play Store.
Anita: Het VSB bestaat uit een VSB-bestuur en vier VSB-commissies: ‘Innovatie & Digitalisering’, ‘Educatie & Wetenschap’, ‘Excellente zorg’ en ‘Kwaliteit & verbetering’. In december zijn de VSB-commissies gestart. Elke commissie heeft een voorzitter. De bestuursleden zijn portefeuillehouder. Daarnaast hebben we ook nog een VSB-klankbordgroep, met wie we 4 keer per jaar een thema bespreken. Zo gaan onze tentakels heel ver de organisatie in en weten we echt wat er speelt in het ziekenhuis.’
Wout: ‘Ik zit in de commissie Innovatie & Digitalisering. Via het VSB worden we betrokken bij zaken die in het ziekenhuis spelen. Ik kom veel meer buiten mijn eigen afdeling en mag meedenken en meepraten over dingen die mij en mijn collega’s aangaan.’
Wout: ‘Tijdens corona werd op de afdeling Anesthesiologie de poliklinische zorg voor een operatie veel meer telefonisch gedaan. Geconstateerd werd dat dat heel goed ging en dat er misschien wel helemaal geen verpleegkundigen meer nodig waren op de poli. Als commissie Digitalisering mochten wij het plan inzien en ons advies geven. Want digitalisering is goed, maar we willen wel de kwaliteit van zorg op peil houden.’
Anita: ‘In het begin was het wel wennen. Wie was wie? Wat betekenen al die afkortingen? Wie heeft wat waarover te zeggen, hoe lopen die lijnen? Wat speelt er allemaal? Wat schuurt, wat gaat goed? Moet je een bepaalde taal spreken? Ik had het gevoel dat ik ineens een kantoortijger moest zijn, terwijl ik met de voeten in de klei sta en ook die stem wil laten horen. Uiteindelijk merkte ik dat mezelf kon zijn. Natuurlijk moet je wel een beetje weten hoe alles loopt, maar in het bestuur zitten ook gewoon mensen.’
Wout: ‘We hebben een cursus gehad over hoe je met elkaar communiceert. Als verpleegkundigen ergens goed in zijn, is dat in het communiceren over emoties. Ze zien en voelen emoties en vertalen dat naar iedereen. In het management wordt op een ander niveau gecommuniceerd: de informatie is objectief en feitelijk. Daarnaast verwacht men dat je een uitgedacht plan hebt. Voor ons bleek het een uitdaging om onze emoties om te zetten in de juiste taal, om zo aan te sluiten bij de juiste persoon en tot een goed plan te komen.’
Anita: ‘De meesten gelukkig wel. Soms moeten mensen nog wennen dat verpleegkundigen zich professioneel organiseren en zeggenschap nemen. Er is nu echt een ontwikkeling gaande waarin professionals gelijkwaardig samenwerken en elkaar aanvullen. En die ontwikkeling wordt gelukkig breed gedragen.’
Anita: ‘Aan de bestuurstafel zeker. Op de werkvloer mogen we meer onze trots uitdragen.’
‘Klopt’, zegt Wout. ‘Veel verpleegkundigen stellen zich onderdanig op. Ik merk het ook bij mezelf: toen ik net verpleegkundige was, werd mij door een patiënt gevraagd of ik de dokter was. Ik zei: “nee, ik ben maar de verpleegkundige.” Nu ben ik me daar echt bewust van: ik ben niet ‘maar’ de verpleegkundige. Ik ben dé verpleegkundige.’
‘We hoeven ons niet onderdanig op te stellen’, vindt Anita. We hebben als verpleegkundige beroepsgroep echt een toegevoegde waarde. En als VSB-bestuur vertolken wij die stem, maar dat kan nooit voor 1.700 verpleegkundigen en verpleegkundig specialisten tegelijk. Het is dus ook aan henzelf om verpleegkundig leiderschap te tonen. We willen de verpleegkundige beroepsgroep stimuleren: we zijn professioneel, probeer zelf met plannen te komen, vóórdat het van boven opgelegd wordt.’
‘Binnenkort organiseren we het VSB Summercafé, in Oost in Bar Bukowski en in West inBoes en Beis, zodat verpleegkundigen en verpleegkundig specialisten van verschillende afdelingen meer met elkaar in contact komen. Een laagdrempelige activiteit, met een drankje erbij. Het is goed als de verpleegkundige beroepsgroep elkaar weet te vinden: wat speelt er bij jullie en is dat interessant voor onze afdeling? In het verlengde daarvan willen we meer aandacht besteden aan verpleegkundigen in opleiding die bijna klaar zijn met hun opleiding. Op dit moment besteden we te weinig aandacht aan hun vervolgstappen. Als mensen stage hebben gelopen bij Interne Geneeskunde, maar in de toekomst liever op de afdeling Acute Zorg willen werken, gooi dan een lijntje voor ze uit. Bel je collega bij Acuut: “Ik heb iemand die bijna klaar is met zijn opleiding. Hij heeft het hartstikke naar zijn zin in OLVG, maar Interne ligt hem niet. Ga even met hem koffiedrinken.’ Houd ze binnen!
Anita denkt na. ‘Afgelopen jaar hebben we ons geïnstalleerd. Inmiddels heeft iedereen zijn plekje gevonden en kunnen we echt gaan vormgeven. We zullen vooral gaan kijken hoe we om kunnen gaan met de tekorten op de afdelingen. Hoe zorgen we dat de werkdruk behapbaar is en dat ook de kwaliteit van de zorg goed blijft? Als digitalisering de oplossing is: laat alle verpleegkundigen dan meedenken. Iedereen is moe, maar ga niet mopperen. Kom uit je emotie en kom met een plan. En weet ons te vinden.’